COP27: virtuele aanwezigheid, echte resultaten

We hebben ons de vraag gesteld of het wel nodig was om fysiek aanwezig te zijn om de conferentie ten volle te kunnen beleven – en het antwoord is nee. We wilden onze impact op het milieu minimaliseren zonder dat dat een invloed had op onze aanwezigheid. In plaats van naar Egypte te reizen, wonen we de conferentie virtueel bij vanuit onze hoofdzetel in Göteborg. Dat hindert onze deelname niet in het minst, integendeel. Op deze manier kunnen we onze aanwezigheid op een efficiënte manier plannen en ervoor zorgen dat onze boodschappen overkomen, en hebben we tegen het einde van de conferentie hopelijk een verschil kunnen maken. Dat we de mogelijkheid hebben om deel te nemen aan een evenement van deze omvang zonder het vliegtuig op te stappen en zo honderden kilo's CO₂-uitstoot uit te sparen, zet de deur open voor een bredere discussie.

In de aanloop naar de COP26 van vorig jaar besloten we om onze klimaatdoelstellingen officieel vast te leggen, zodat we er ons wel aan moeten houden. We moedigden andere autofabrikanten aan om hetzelfde te doen, maar de reacties bleven uit. Een klein aantal autofabrikanten heeft zich ertoe verbonden om wagens met verbrandingsmotor geleidelijk aan volledig te schrappen tegen 2035 door de Glasgowverklaring over emissievrije wagens en bestelwagens te ondertekenen, maar die verklaring komt te laat. De uitstootcurve moet dit decennium nog worden omgebogen.

Volgens de VN-klimaatconferentie zijn de huidige plannen nog altijd onvoldoende om binnen de doelstelling van 1,5 graad te blijven. Er moeten ambitieuzere doelen worden vastgelegd en er moeten concrete acties worden geformuleerd. Onderzoek van Greenpeace heeft uitgewezen dat de auto-industrie haar toegewezen koolstofbudget gaat overschrijden. Onze boodschappen zijn duidelijk. We moeten de productie van wagens met verbrandingsmotor afbouwen en zorgen voor meer elektrische voertuigen in de straten. We moeten volledige toeleveringsketens decarboniseren en meer investeren in oplossingen voor hernieuwbare energie.

Tijdens de conferentie hebben we deelgenomen aan talrijke paneldiscussies over verschillende onderwerpen, van de decarbonisatie van toeleveringsketens tot de verschuiving naar netto-nul-mobiliteit. Fredrika Klarén, Head of Sustainability bij Polestar, en Lisa Bolin, Polestars Climate Lead, deelden hun expertise in die gebieden. Op 17 november hielden we ons eigen panel met Angela Hultberg van Kearney en klimaatactiviste en auteur Rebecka Carlsson om verder te praten en dieper in te gaan op de gebieden waar wij in de autosector kunnen en moeten verbeteren.

“De overstap naar elektrisch volstaat niet”, zegt Fredrika Klarén. “Als de auto-industrie echt mee wil met haar tijd en toekomstbestendig wil zijn, dan moeten we ook het productieproces decarboniseren. In combinatie met een verantwoord gebruik en groen opladen kan dat het volledige potentieel van elektrische voertuigen pas echt ontsluiten.”

De industrie hoeft het onderling niet over alles eens te zijn. Integendeel. Maar over één ding moeten we het wel eens zijn: de verschuiving naar uitstootvrije voertuigen moet sneller. Wij alleen kunnen er niet voor zorgen dat we binnen de doelstelling van 1,5 graad blijven. Een positieve noot bij dit sombere vooruitzicht: collectieve acties tussen autofabrikanten en branchegenoten kunnen het traject ombuigen en ons op de juiste koers brengen.

De COP-deelname van dit jaar gaat niet alleen over de impact op het klimaat, maar ook over dialoog. We willen een voorbeeld stellen, de verandering zijn die we in de wereld willen zien, en ook doen wat we beloven. We hebben gezegd wat we wilden zeggen, we hebben ontmoet wie we wilden ontmoeten, en dat allemaal zonder overbodige uitstoot.